Toepassingsspecifieke instellingen

Toepassingsspecifieke instellingen

In de lijst Toepassing kunt u afzonderlijke toepassingen toevoegen aan de lijst en de apparaatinstellingen voor deze toepassingen aanpassen aan uw voorkeuren. Bijvoorbeeld:

  • Als u een toepassingspictogram selecteert en de instellingen van de Grip Pen wijzigt, zijn uw wijzigingen alleen van toepassing op de Grip Pen wanneer u de betreffende toepassing gebruikt.
  • Als er toepassingsspecifieke instellingen worden toegevoegd, verandert het pictogram Alles in Alle overige en wordt er een toepassingspictogram voor de zojuist toegevoegde toepassing(en) weergegeven.
  • Als een toepassing eenmaal is toegevoegd, wordt deze weergegeven in de lijst Toepassing zodra het bijbehorende apparaat in de lijst Apparaat is geselecteerd.
  • Selecteer de toepassing en pas de tabbladinstellingen in het Wacom-configuratiescherm aan voor uw apparaat en de toepassing.

Toepassingsspecifieke instellingen

Ga als volgt te werk om toepassingsspecifieke instellingen op te geven:

  1. Kies in het configuratiescherm de Tablet en het Apparaat waarvoor u een toepassingsspecifieke instelling wilt maken.
  2. Selecteer de toepassing in de lijst Toepassing en klik op de knop +.
  3. In het vak Actieve toepassingen selecteert u een toepassing voor het maken van aangepaste instellingen, of bladert u naar het uitvoerbare bestand van een toepassing die op uw computer is geïnstalleerd.
  4. Klik op OK.

Een toepassingsspecifieke instelling verwijderen:

  1. Selecteer in de lijst Apparaat het apparaat waarvan u de toepassingsspecifieke instelling wilt verwijderen.
  2. Selecteer in de lijst Toepassing de toepassing die u wilt verwijderen.
  3. Klik in de lijst Toepassing op de knop [ - ]. Klik in het dialoogvenster op Verwijderen om uw keuze te bevestigen. De geselecteerde toepassing wordt verwijderd uit de lijst, evenals alle bijbehorende aangepaste instellingen van het apparaat.
  4. Als u alle toepassingsspecifieke instellingen van één apparaat snel wilt verwijderen, verwijdert u het apparaat uit de lijst Apparaat. Plaats het apparaat vervolgens terug op de tablet. Het apparaat wordt weer toegevoegd aan de lijst Apparaat, met de standaardinstellingen.
  5. Opmerking: op deze manier kunt u niet de speciale instellingen voor Functies verwijderen.

Als u werkt met een veelgebruikte toepassing zoals Photoshop® of Illustrator®, wordt die toepassing door het stuurprogramma gedetecteerd en worden de ExpressKeys automatisch ingesteld op veelgebruikte functies voor die toepassing.

Opmerkingen:

  • Als twee programma’s dezelfde naam voor het uitvoerbare bestand hebben, delen ze dezelfde aangepaste instellingen.
  • Als u een toepassing gebruikt waarvoor u al ExpressKeys hebt aangepast, hebben deze instellingen voorrang op de automatische standaardinstellingen van ExpressKeys die door het stuurprogramma voor die toepassing worden ingesteld. Standaardinstellingen zijn alleen automatisch van kracht als u geen eigen ExpressKey-instellingen hebt opgegeven voor die toepassing.