|
De Beschrijving voor toestellijnen tot 0BA3 vindt u verder onderaan. |
Korte beschrijving
Deze functie geeft meldingteksten en parameters van andere blokken in de bedrijfstoestand RUN op het LOGO! display weer.
Opmerking: LOGO! 0BA6 modules ondersteunen vele nieuwe meldingstekstfuncties, die de modules tot LOGO! 0BA5 niet hebben ondersteund. U kunt echter kiezen of u in uw schakelprogramma de LOGO! 0BA6 meldingstekstfunctieblokken met de nieuwe functies of de meldingstekstblokken van de LOGO! 0BA5 wilt gebruiken. Deze selectie maakt u in het dialoogveldBestand-> Instellingen voor meldingstekst, tezamen met andere globale instellingen. U kunt ook de schakebutton aan de onderrand van het dialoogveld van de LOGO! 0BA5 gebruiken om voor uw meldingstekstfuncties naar de stijl van de LOGO! 0BA6 en de nieuwe functies te wisselen. U mag in uw schakelprogramma geen meldingstekstblokken van de LOGO! 0BA5 en de LOGO! 0BA6 tezamen gebruiken.
Schakeling |
Omschrijving |
Ingang En |
Een overgang van de toestand van 0 op 1 aan de ingang En (enable) start de uitvoer van de meldingtekst. |
Ingang P |
P is de prioriteit van de meldingtekst. 0 is hierbij de laagste, 30 de hoogste prioriteit. Ack: bevestiging van de meldingtekst |
Parameters |
Tekst: Invoer van de meldingtekst Par: Parameter of actuele waarde van een reeds geprogrammeerde andere functie (zie „Weer te geven parameters of actuele waarden“). Time:Indicatie van de voortdurend geactualiseerde tijd Date:Indicatie van de voortdurend geactualiseerde datum EnTime: Indicatie van het tijdstip van de toestandsverandering van 0 naar 1 EnDate: Indicatie van datum van de toestandsverandering van 0 naar 1 |
Uitgang Q |
Q blijft gezet zolang de meldingtekst actief is. |
Functiebeschrijving
Wanneer de stand aan de ingang En van 0 naar 1 wisselt, verschijnt op het display in de run-mode de door u geparametreerde meldingsdtekst (actuele waarde, tekst, tijd, datum).
Bevestiging gedeactiveerd (Ack = Off):
Wisselt de toestand aan de ingang En van 0 naar 1, wordt de meldingstekst uitgeschakeld.
Bevestiging geactiveerd (Ack = On):
Wisselt de toestand aan de ingang En van 1 naar 0, blijft de meldingstekst staan, totdat deze met de toets OK wordt bevestigd. Zolang En de toestand 1 behoudt, kan de meldingtekst niet worden bevestigd.
Wanneer er meerdere meldingtekstfuncties met En=1 werden geactiveerd, wordt de meldingtekst weergegeven met die de hoogste prioriteit (0=laagste, 255=hoogste) bezit.. Dat betekent ook, dat een nieuw geactiveerde meldingtekst enkel dan wordt weergegeven, als zijn prioriteit hoger is dan de prioriteit van de tot dusver geactiveerde meldingteksten.
Als een meldingtekst werd gedeactiveerd of bevestigd, wordt automatisch de tot dusver geactiveerde meldingtekst met de hoogste prioriteit getoond.
Een wissel tussen de weergave in RUN en de meldingteksten is met de toetsen en
mogelijk.
Beperkingen
Er zijn maximaal 10 meldingtekst-functies mogelijk.
Bijzonderheden bij het parametreren
|
Bereik "Algemeen" Hier vindt u de volgende instellingen:·
|
|
Bereik "Blokken" Hier worden alle blokken met parameters opgesomd, die in uw schakelprogramma aanwezig zijn.
|
|
Bereik "Algemene parameters" Hier vindt u algemene parameters zoals bijv. de actuele datum.
|
|
Bereik "Blokparameter" Hier vindt u de in een meldtekst uitvoerbare parameters van het blok, dat u in het bereik "Blokken" hebt geselecteerd.
|
|
Knop "Invoegen" Knop voor het invoegen van een in de bereiken "Blok-parameters" of "Algemene parameters" geselecteerde parameter in de meldingtekst.
|
|
Bereik "Meldingen" In dit bereik stelt u de meldingtekst samen. Het bereik komt overeen met het display op de Logo!.
|
|
Schakelbutton "Wissen": Schakelbutton voor het wissen van vermeldingen in de sector "Meldingen". Schakelbutton "Speciale tekens": Schakelbutton voor het invoegen van speciale tekens in de sector "Meldingen". |
|
"Melding in de nieuwe stijl en instelling activeren" Knop voor het omschakelen op de stijl van de LOGO! 0BA6 meldingteksten met de nieuwe functies. U moet dan het dialoogveld Bestand -> Instellingen voor meldingtekst invullen om de instellingen voor de meldingteksten in de stijl van de LOGO! 0BA6 te parametreren. Na deze selectie zijn alle meldingteksten in de stijl van de LOGO! 0BA6. |
Zo stelt u een meldingtekst samen
Selecteer in het bereik "Blokken" het blok, waarvan de parameters dienen te worden weergegeven.
Trek uit het bereik "Blok-parameters" de noodzakelijke parameters met Drag & Drop in het bereik "Meldingen". Alternatief kunt u de knop "Invoegen" gebruiken.
Vul eventueel de parameters in het bereik "Meldingen" aan door nog meer gegevens.
Simulatiemodus
Weergave van de meldingteksten
|
0BA0-0BA3: Hierbij gelden de volgende gegevens: |
Indicatie van een geparametreerde meldingtekst in de run-modus.
Schakeling |
Omschrijving |
Ingang En |
Een overgang van de toestand van 0 op 1 aan de ingang En (enable) start de uitvoer van de meldingtekst. |
Parameter P |
P is de prioriteit van de meldingtekst. 0 is hierbij de laagste, 9 de hoogste prioriteit. |
Parameters |
Par: Parameter of actuele waarde van een reeds geprogrammeerde andere functie (zie „Weer te geven parameters of actuele waarden“). |
Uitgang Q |
Q blijft gezet zolang de meldingtekst actief is. |
Functiebeschrijving
Wanneer de stand aan de ingang En van 0 naar 1 wisselt, verschijnt op het display in de run-mode de door u geparametreerde meldingtekst. Als de toestand aan de ingang En van 1 naar 0 wisselt en de bevestigingsplicht gedeselecteerd is, wordt de meldingtekst uitgeschakeld. Als de bevestigingsplicht geactiveerd is, wordt de meldingtekst pas uitgeschakeld wanneer de ingang En = 0 is en de melding vervolgens op de LOGO! met "OK" werd bevestigd. De uitgang Q blijft zolang op 1 als de meldingtekst wordt weergegeven.
Worden meerdere meldtekstfuncties met En=1 geschakeld, wordt de melding getoond met de hoogste prioriteit. Door te drukken op de toets op de LOGO! kunnen ook de meldingen met een lagere prioriteit worden weergegeven.
Wisselen tussen het standaard-display en het meldtekst-display kunt u op LOGO! met de toetsen en
.
Beperkingen
Er zijn maximaal vijf meldingtekst-functies mogelijk.
Bijzonderheden bij het parametreren
Via de blokeigenschappen van de bouwsteen kan de meldtekst worden geparametreerd. Per meldingtekst kunnen er tot 4 regels tekst worden ingevoerd (het tekstdisplay op de LOGO! telt vier regels) en de prioriteit van de meldingtekst kan worden vastgelegd. Bij het invoeren dient er op te worden gelet dat er met de cursortoetsen of de muis naar de volgende tekstregel kan worden gesprongen. Met [ENTER] worden de blokeigenschappen compleet overgenomen en het menu van de blokeigenschappen gesloten.
In de tekstregels kunnen ook actuele waarden van andere functieblokken worden overgenomen. Hiervoor moet in het dialoogveld Blok het gewenste blok worden gemarkeerd. In het dialoogveld Parameters worden vervolgens alle ter beschikking staande parameters van het gemarkeerde blok vermeld. Wanneer er in dit dialoogveld een blokparameter wordt gemarkeerd, dan wordt deze parameter in de gemarkeerde tekstregel gevoegd. Bij het oproepen van de meldingtekst wordt de nu actuele waarde van de parameter in de meldingtekst weergegeven.
Met het controlevakje "Melding bevestigen" kunt u bepalen of de melding moet worden bevestigd voordat deze wordt verborgen.
Simulatiemodus